In 2022 wordt het nieuwe zorgprestatiemodel ingevoerd in de Geestelijke Gezondheidszorg en de Forensische Zorg. Het declareren van zorg gaat vanaf dan op een andere manier. Maar wat betekent dit voor de behandelaar? En wat zijn de belangrijkste veranderingen?
Van minutenregistratie naar prestatiebekostiging
Voor de behandelaar is de belangrijkste verandering dat ZPM een prestatiebekostiging is waar DB(B)C een minutenregistratie is. Een behandeltraject wordt niet langer na 365 dagen gefactureerd. De facturatie gaat vanaf 1 januari 2022 maandelijks, of zelfs nog korter. Voor de behandelaar betekent dit dat de agendavoering snel moet en bijvoorbeeld niet kan blijven liggen tot volgende maand. Een groot voordeel voor de cliënt is dat de zorgkosten nu begrijpelijker en beter inzichtelijk zijn.
Veranderingen behandelaar afhankelijk van beleidskeuzes
Hoe er binnen een instelling wordt omgegaan met de invoering van het Zorgprestatiemodel wordt niet voorgeschreven door USER, maar is afhankelijk van het eigen organisatiebeleid. Een aantal voorbeelden:
- Planning = realisatie
Er kan als instelling gekozen worden voor “planning= realisatie”.
Hierdoor kan de geplande afspraak in de meeste gevallen ook worden gefactureerd. Dit scheelt achteraf registratie in de agenda. In de ideale situatie wijken de tijden namelijk minimaal af en hoef je de agenda dus niet aan te passen. In het geval dat tijden wel veel afwijken moet een verklaring gegeven worden voor de aanpassing. - Indirecte tijd
Met de komst van ZPM hoeft indirecte tijd niet meer geschreven te worden. De indirecte tijd zit nu verwerkt in de prijs van een consult. Echter, in hoeverre de organisatie ook echt kiest om geen indirecte tijd te schrijven blijft een beleidskeuze. Hoe ver wil een organisatie het bijvoorbeeld doorvoeren in hun agendavoering? Voor een behandelaar blijft een MDO (= indirect) toch prettig om in de agenda te zien staan. Indirecte tijd schrijven mág namelijk nog wel, als een organisatie vindt dat dit inhoudelijk iets toevoegt. - Minder activiteiten
Binnen de inrichting in USER kan je met minder activiteiten toe. Dit maakt het plannen van afspraken in de agenda makkelijker. De hoeveelheid activiteiten is echter wel een keuze die bij de organisatie ligt. - Past het werk/activiteit (nog) bij het beroep?
De organisatie moet kiezen welke specifieke beroepen bepaalde werkzaamheden uit moeten voeren. De cliënt betaalt voor het tarief dat bij een beroep hoort. Voor behandelaren kan dit in het proces betekenen dat door de organisatie gekozen wordt dat zij bepaalde behandelingen of activiteiten niet langer mogen uitvoeren.
Nieuwe regels vanuit NZa
De NZa heeft in samenwerking met de Nederlandse GGZ en zorgverzekeraars een aantal nieuwe regels opgesteld waar je als behandelaar mee te maken gaat krijgen:
- Zorgvraagtyperingstool
Een vereiste is het gebruik van een eenduidige zorgvraagtyperingstool, zodat het typeren van zorgvraag aan de hand van een aantal vragen uit de HONOS vragenlijst bepaald kan worden. Een behandelaar moet dit echter wel per cliënt vastleggen, dit gaat dus extra tijd kosten.
- Settings & Zorglabels
De uiteindelijke prijs voor behandelingen en consulten wordt niet langer bepaald door het aantal minuten in een traject. Deze wordt nu bepaald door settings en zorglabels. In USER leiden we zoveel mogelijk variabelen af, maar als behandelaar moet je wel snappen wat een setting en zorglabel is. En wat dit vervolgens inhoudt voor de factuur die eruit rolt. Deze spelregels worden door de eigen organisatie toegelicht en uitgelegd.
Meer weten? Neem contact op!
De invoering van het zorgprestatiemodel brengt een organisatie voor een groot aantal beleidskeuzes met betrekking tot inrichting en werkprocessen. Heb je hier advies over nodig of heb je juist vragen over wat er allemaal nog meer gaat veranderen met de komst van ZPM? Avinty helpt je daar graag mee. Neem contact op met Ursela Olde Weghuis via 088-0550620 of ursela.oldeweghuis@avinty.com als je meer wilt weten.